Joodse school Utrecht
.

Ruth Polak

Ruth is de dochter van Jo en Rosalie Polak. En de zus van de drie jaar jongere Jaap. Moeder Rosalie is pianiste. Vader Jo is journalist bij Het Volk. Hij wordt in september 1940 ontslagen. Onder de schuilnaam Joost van Merwede schrijft hij een journalistiek dagboek met de titel 'Verboden Berichten'. Hij werkt mee aan de allereerste illegale krant 'Bulletin' en heeft contact met Radio Oranje in Londen via een zender in de Betuwe. [1] [2]

Als Ruth op zesjarige leeftijd naar de lagere school kan, mag zij niet naar een gewone school, maar moet zij naar de Joodse school in Ondiep. Ruth [3]: 'Ik weet nog dat het vanuit mijn huis in Tuindorp een heel eind lopen was naar die school. En dat voor een zesjarig meisje.'

Eind mei 1942 duikt het gezin onder. Ruth komt, zonder haar ouders terecht bij de familie Bonke in Utrecht. [4] Haar schuilnaam is Rietje Coevert. Ruth wordt van het ene naar het andere onderduikadres gebracht. Ze voelt zich erg ongelukkig en verlangt naar haar ouders. Ze vertelt hierover:

Elke keer moet Ruth wennen aan nieuwe pleegouders. Vaak is het er prettig, ondanks het feit dat ze niet buiten kan komen. Maar ze krijgt op een adres ook te maken met misbruik door de pleegvader, Waarna ze snel naar een volgend adres gebracht wordt.

Uiteindelijk, na ongeveer tien verschillende onderduikadressen komt Ruth in het laatste oorlogsjaar terecht in Nijverdal:

Na alle adressen waar zij binnen moest blijven geniet Ruth van de vrijheid die zij bij de familie van Eikenhorst krijgt.  Ze kan zelfs in een meer gaan zwemmen:

 In Nijverdal maakt ze het eind van de oorlog mee. [5]

Ruth komt terecht bij een Utrechtse familie. Die familie was bevriend met de ouders van Ruth, omdat moeder Rosalie op de piano muziek maakte met de vrouw van die familie. Ruths ouders hadden het echtpaar gevraagd om de kinderen op te vangen mocht er iets met hen gebeuren. 

Het broertje van Ruth, Jaap, heeft het na de oorlog moeilijk met het verwerken van alles wat er met hem gebeurde. Gelukkig komt hij in Voorburg terecht bij het echtpaar Cost Budde. Mevrouw Cost Budde geeft les op een BLO voor moeilijk opvoedbare kinderen. Zij kan goed met Jaap omgaan. Ruth komt daar een aantal keer op bezoek en vindt het daar erg fijn; veel prettiger dan bij de familie in Utrecht. Het echtpaar Cost Budde wil Ruth ook wel opnemen in hun gezin, maar de kinderrechter moet eraan te pas komen om Ruth officieel aan hun gezin toe te voegen. Broer en zus worden officieel geadopteerd.  'Dat is een zegen voor ons geweest', zegt Ruth. Ze dragen nu de achternaam Cost Budde. In dat gezin hoort Ruth pas dat haar ouders vermoord zijn. 

Zij doet een opleiding als verpleegster. Ze trouwt en krijgt drie zoons.  Jarenlang wordt er nauwelijks over de oorlog gesproken:

Eind jaren zeventig van de vorige eeuw werkt Ruth bij een natuurarts: 'Hij zei: ik heb zo'n mooi boek. Volgens mij is dat ook iets voor jou. Dat was een boek van Osho [7]  Toen dacht ik 'daar moet ik naar toe'. Ik heb een jaar heel hard gewerkt om geld te sparen en ik ben naar India gegaan. Dat was helend om de zaak te verwerken. Ik kon daar huilen. Ik had jarenlang niet gehuild. Niet dat daar zoveel gesproken werd. Het was meer het lichaamswerk en de meditaties die ervoor zorgde dat ik het verleden ging verwerken.'

Als allebei haar pleegouders Cost Budde overlijden, besluit Ruth haar oorspronkelijke achternaam terug te kopen. Het kost haar 300 gulden om weer Polak te mogen heten. 

In India ontmoet Ruth ook haar tweede man, Nico. Met hem start ze een spiritueel centrum in Willemsoord. Uiteindelijk komen zij terecht in Zutphen waar ze samen weer zo'n centrum oprichten. Inmiddels is Ruth weduwe en ze woont nog steeds in Zutphen.

Herdenkingssteen door de Utrechtse Vrijmetselaars loge in 2022 gelegd voor het huis waar Ruth woonde: Van Lynden van Sandenburglaan 64. 

Hier een podcast van het Jeugdjournaal waarin Ruth geïnterviewd wordt.